De wiskunstenaars
of ’t gevluchte juffertje van Pieter Langendijk is representief voor de
Verlichtingliteratuur.
Pieter Langendijk
Inleiding‘Hei holla hei! Tryn, Griet, Neel, Klaar, holla!’ Zo begroet één van de karakters uit ‘De wiskunstenaars of ’t gevluchte juffertje’ van Pieter Langendijk het publiek. De schrijver van komische kluchten en blijspelen word gezien als een classicistische toneelschrijver. Deze mening valt echter te betwisten en zo ben ik er dan ook van overtuigd dat dit toneelstuk meer kenmerken bevat van de verlichting dan van het classicisme.
Verlichtingliteratuur
KernIk spreek hierboven over het classicisme en over de verlichting, zonder uit gelegd te hebben wat dat precies inhoud. Bij deze zal ik enige verklaring aan de begrippen geven. Het is echter wel moeilijk de twee stromingen uit elkaar te halen aangezien ze erg dicht bij elkaar liggen qua gedachtegoed. Natuurlijk zijn er verschillen, die zijn minimaal maar belangrijk en ga ik u nu vertellen.
Het classicisme is een stroming met vele regels
betreffende de vorm van literaire werken. Regels die zijn toegeschreven aan
poëzie en toneelspelen met de klassieke en de Franse auteurs als voorbeeld.
Regels die ze stellen zijn onder andere ordelijkheid, duidelijkheid en streven
naar volmaakte vormgeving. Belangrijk is ook het rationele denken en de actuele
kwesties, wat voortkomt uit deze regels. Hierin overlapt de verlichting het
classicisme. Rationeel denken, carpe diem, actuele kwesties en wetenschap
kenmerken deze tijd namelijk. Een duidelijk optimisme droeg alles voort in de
verlichting.
Carpe diem
Alhoewel mijn boek een toneelstuk is en eigenlijk
toegeschreven zou moeten worden aan het classicisme, ga ik vanaf nu vertellen
wat de verlichtingskenmerken zijn. Ten eerste is het optimisme en het carpe diem duidelijk in door Pieter Langendijk naar voren gebracht. De hoofdpersoon en zijn geliefde willen hoe dan ook bij elkaar komen. Ze handelen niet met hun oog op het moment na de dood.
‘Ja, en wij zijn zo vast verbonden aan malkaar, dat maar alleen de dood die trouwe min kan scheien. ‘k zal u beschermen lief, hou moed, en wil niet schreien! Anzelmus, ‘k zweer, gij zijt zeer kwalijk onderricht, ik heb mij altijd wel gekweten in mijn plicht.’
Er word tijdens de manier van doen en laten niet gedacht aan God en wat Hij zou accepteren. Alles waar ze aan denken is hun eigen leven op aarde, waarin zij samen gelukkig willen zijn. God komt niet één keer naar voren in het hele verhaal. Dat bewijst dat dit boek meer carpe diem, dan momento morti gericht is.
Hierbij beredeneren ze beide met menselijk verstand, gebaseerd op waarneembare werkelijkheid en met een kritisch oog op eerdere bronnen over het sterrenstelsel. Dit alles is overduidelijk een verlichtingskenmerk.
Deze argumenten behoren, zoals eerder gezegd ook tot het
classicisme. Verder is dit geen proza, maar een toneelstuk, wat ook tot deze
klassieke stroming behoort. De kenmerken van de verlichten komen echter
duidelijker naar voren en het toneelstuk volgt op een veel minder duidelijke
wijze de standaard regels die temaken hebben met ordelijkheid, duidelijkheid en
streven naar volmaakte vormgeving.
De wiskunstenaars
of ’t gevluchte juffertje
slotOver de kwestie of dit boek van Pieter Langendijk een classicistisch of een verlichtingboek is, zal voor altijd een discussie kunnen worden gevoerd. Beide kanten zouden kunnen worden verklaard en betoogd. Voor mij echter is het duidelijk verlichting. Het carpe diem gevoel, de opvoeding van de samenleving tot een welwetende en het rationalisme zijn namelijk in elk stuk van het toneelstuk terug te vinden. Daarom ben ik ervan overtuigd dat dit boek een boek uit de verlichting is.
Hee Ilse,
BeantwoordenVerwijderenEen mooi, goed opgebouwd verslag. Goed, dat je ookal blijf twijfelen of het een classicistisch of een verlichtinboek is toch met duidelijke argumenten komt waarom het een verlichtingsboek is.
Je betoog is goed gestructureerd en duidelijk vormgegeven